|
Herkenbaar aan deze unieke combinatie van kenmerken
- de hele kleine (2 mm) lichtblauwe (bijna witte) bloemetjes
- in schermachtige hoofdjes, die
- paarsgewijs aan het einde van een gevorkte stengel zitten
|
Algemeen
Veldsla is een eenjarig plantje, dat 7 tot 25 cm hoog wordt.
Ze is plaatselijk vrij algemeen in de Zuid-Limburg, het rivierengebied, de drie westelijke provincies en Texel. Elders is ze zeer zeldzaam.
Ze groeit op vochtige, voedselrijke, vaak omgewerkte, grazige grond in bermen en op dijken, soms in akkers.
|
Bloem
De bloeitijd van veldsla is april en mei, zelden in juli/augustus. De bloemen van veldsla zijn heel lichtblauw (bijna wit), soms paarsachtig. Ze zijn 2 mm groot en hebben 5 kroonblaadjes.
Ze staan in schermvormige hoofdjes, die paarsgewijs aan het einde van de vorkachtig vertakte stengel staan.
Onder elk scherm bloemetjes zitten een aantal schutbladen.
Blad en stengel
De tere stengels zijn vaak onderaan verspreid behaard en soms voelen ze bovenaan ruw aan door omlaag gerichte stijve haren.
De onderste bladeren vormen een rozet. Ze zijn spatelvormig. De bovenste bladeren zijn tegenoverstaand, iets spits, lancetvormig tot langwerpig, meestal met een gave, soms iets getande rand, verspreid behaard en gewimperd.
Toepassingen
Veldsla wordt vanwege haar rozetbladeren ook gekweekt als groente. De gekweekte soort is in alle delen groter dan de wilde. De bladeren kunnen zowel vers als gestoofd gegeten worden en smaken nootachtig. Veldsla is een wintergroente : in de herfst kiemen de zaden en ze overwintert als rozet.
Veldsla bevat slijm en is daardoor gevrijwaard van slakkenvraat.
Vergelijkbare soorten
Naast veldsla zijn er nog drie andere soorten veldsla : gegroefde veldsla, getande veldsla en geoorde veldsla. Alle drie staan ze op de rode lijst (gegroefde als gevoelig, getande als ernstig bedreigd en geoorde als verdwenen (Heukels 2005: ernstig bedreigd)).
Veldsla soorten zijn van elkaar te onderscheiden door de vorm en de hokjes-indeling van de vruchtjes.
|
|
Algemeen
- kamperfoeliefam.(Caprifoliaceae)
- eenjarig
- plaatselijk vrij algemeen
- 7 tot 25 cm hoog
-
verspreiding
Bloem
- heel lichtblauw, bijna wit,
soms paarsachtig
- april en mei, zelden in juli/augustus
- stervormig
- 2 mm
- 5 kroonbladen, niet vergroeid
- 5 kelkbladen
- 3 meeldraden
- 1 stijl
Blad
- onderste :
- rozet
- spatelvormig
- top stomp
- rand gaaf
- veernervig
- bovenste :
- tegenoverstaand
- langwerpig tot lancetvormig
- top stomp
- rand gaaf of iets getand
- 1-nervig
- verspreid behaard
- gewimperd
Stengel
- rechtop
- vier- of meerkantig
- onderaan verspreid behaard
- soms bovenaan ruw door stijve haren
|
Bewerkte botanische illustratie van veldsla (Valerianella locusta).
|
|