|
|
Herkenbaar aan deze unieke combinatie van kenmerken
- de grote gele bloemhoofdjes met
- buitenste teruggeslagen omwindselblaadjes,
- alleenstaand op een holle, onvertakte, gladde stengel
|
Algemeen
Paardenbloem is een overblijvende, zeer algemeen voorkomende, lage plant, die groeit in graslanden, bermen en gazons.
Ze hebben geen insecten nodig voor de bestuiving. Per bloem produceert de plant 200 pluizige vruchtjes, per plant ongeveer 15 bloemen, dus heel veel zaadjes. Daarnaast kan een klein stukje wortel weer uitgroeien tot een volwaardig plant.
|
Bloem
Omstreeks half mei gaan de boeren maaien. Tot die tijd kunnen de weilanden geel gekleurd zijn van de paardenbloemen. Waar niet gemaaid wordt bloeit de paardenbloem door tot juli. Soms bloeit paardenbloem in de herfst weer en met zachte winters kan ze doorbloeien tot het voorjaar. De stijlen zijn geel tot zwartachtig. De buitenste omwindselblaadjes zijn terug geslagen. De holle, onvertakte bloemstengel is bladloos en bevat wit melksap, huidirritaties kan veroorzaken.
Blad
De bladeren zijn wisselend van kleur en vorm. Ze staan in een rozet.
Bijzonderheden
Er zijn wereldwijd ongeveer 1000 microsoorten beschreven. Zelfs voor kenners is het lastig ze uit elkaar te houden. Meer dan 150 soorten komen in Nederland voor, waaronder de moeraspaardenbloem, zandpaardenbloem en oranjegele paardenbloem.
Toepassingen
De paardenbloem kent vele toepassingen. Ze heeft een (bloed)reinigende werking, nieren en lever worden geactiveerd en voeren afvalstoffen af.
De verse bladeren zijn rijk aan vitaminen en kunnen als sla gegeten worden. De planten worden daarvoor in sommige landen in het donker gekweekt. Ze smaken dan minder bitter. Thee van gedroogde bladeren en wortels werkt laxerend, eetlustopwekkend en versterkend.
Van de wortel kan surrogaat-koffie gemaakt worden en van de bloemhoofdjes geel gekleurde wijn.
Ook dieren zijn dol op paardenbloemen en niet alleen de paarden. Ook je konijn vindt de blaadjes erg lekker.
|
|
Algemeen
- composietenfamilie (Asteraceae)
- overblijvend
- zeer algemeen voorkomend
- 5 tot 40 cm
-
verspreiding
Bloem
- gele lintbloemen
- (jan)maart t/m mei(dec)
- hoofdje
- 3 tot 6 cm
- buitenste omwindselblaadjes uitgespreid, binnenste rechtop
Blad
- rozet
- enkelvoudig
- langwerpig
- ingesneden tot driehoekig licht achterwaarts gerichte lobben
- top spits of stomp
- rand getand
- voet gevleugeld
- veernervig
Stengel
- rechtop
- glad en kaal
- rolrond met wit melksap
- hol
- bladloos
|
Bewerkte botanische illustratie van
paardenbloem (Taraxacum officinale).
|
|
