|
Herkenbaar aan deze unieke combinatie van kenmerken
- de opvallende grote witte bloemen met vijf tot het midden gespleten kroonbladen en drie stijlen én
- de ruw behaarde stengel, bladrand en middennerf
|
Algemeen
Grote muur is een overblijvende plant, die bloeit vanaf april tot en met juni.
Ze groeit in loofbossen, langs heggen en bosranden en in beschaduwde bermen op vochtige tot vrij droge, matig voedselrijke grond en wordt 15 tot 50 cm hoog.
Ze vormt grote bestanden.
Ze komt vrij algemeen voor in Zuid-Limburg, het rivierengebied, Noord-Brabant en het midden en oosten van het land. Elders vrij tot zeer zeldzaam of ontbrekend.
|
Bloem
De bloemen hebben vijf tot het midden gespleten witte kroonbladen, die twee maal zo lang zijn als de kelkbladen.
Blad en stengel
De stengel is vrij slap, maar met de afstaande stijve bladeren zoekt de plant steun bij andere planten. De stengel, de rand van het blad en de onderkant van de middennerf zijn ruw behaard.
Bijzonderheden
Vroeger werd sap geperst van grote muur gebruikt bij oogaandoeningen.
Vergelijkbare soorten (zie ook de pagina "Sleutel muursoorten")
akkerhoornbloem
vogelmuur
grasmuur
moerasmuur
|
:
:
:
:
|
de kroonbladen zijn voor 1/3 ingesneden.
veel kleinere bloemen met bijna geheel gespleten kroonbladen.
heeft kortere bladeren, gladde stengel, kleinere bloemen met bijna geheel gespleten kroonbladen en groeit in hooilanden.
kroonbladen ongeveer gelijk aan de kelkbladen, blauwgroene bladeren en groeit vooral bij bronnetjes, beken en op natte boswegen.
|
|
|
Algemeen
- anjerfamilie (Caryophyllaceae)
- overblijvend
- vrij algemeen tot ontbrekend
- 15 tot 50 cm
-
verspreiding
Bloem
- wit
- vanaf april t/m juni
- bijscherm
- stervormig
- 1,5 tot 3 cm
- 5 kroonbladen, niet vergroeid
- 5 kelkbladen
- 10 meeldraden
- 3 stijlen
Blad
- tegenoverstaand
- enkelvoudig
- lancetvormig
- top spits
- rand gaaf
- voet gevleugeld
- 1-nervig
- niet gesteeld
Stengel
- opstijgend
- behaard
- scherp vierkantig
|
Bewerkte botanische illustratie van grote muur (Stellaria holostea).
|
|